top of page
Zoeken

Blootstellen of juist niet deel I

De hond


Ik was al de tweede gedragstherapeut die ze raadpleegde. Ze had al zoveel geprobeerd. Maar het gedrag bleef bestaan.


“Van de vorige gedragstherapeut moesten we juist oefenen...” gaf ze aan.


Klopt! Daar had die gedragstherapeut ook helemaal gelijk in. Alleen de stappen die je maakt hoeven er niet maar 2 of 3 te zijn, dat kunnen er ook bijvoorbeeld 10 zijn. Of 15. Of meer. Kleine stapjes. Geen zevenmijlslaarzen.


Stel, je hond vindt een fiets eng. Het stappenplan wat de meeste mensen met hun hond dan volgen is:

- Hond een stilstaande fiets laten naderen. Al dan niet met voer om hem dichterbij te krijgen.

- Hond een bewegende fiets laten naderen. Al dan niet met voer.


Het is die laatste fase die meestal lang herhaald wordt. En de hond kan misschien, mede door het voer, redelijk dichtbij de fiets komen. Hij is er alleen nog helemaal niet ontspannen bij. Of kan, eenmaal dichtbij gelokt, alsnog flink schrikken als het voertje op is.


Eigenlijk kun je dat zien als een wondje waar je steeds als het heelt je vinger even inprikt. Als het al aan helen toekomt. Het heelt op die manier nooit echt.


Wat is dan wel het juiste plan? Dat verschilt per hond, situatie, moment etc. Maar blijven blootstellen aan dat wat de hond angst geeft is niet de oplossing. Hem er helemaal van weghouden helpt wel om de ‘wond te helen’ maar zo werkt het in het leven vaak niet. De hond leren om ermee om te gaan is dus wel nodig.


Stel dat een hond een fiets op 2 meter afstand heel eng vindt. Start eens op het punt waar de fiets nog niet eng is. Misschien is dat wel aan de overkant van de straat. Kijk goed naar de hond, zijn lichaamstaal, zijn signalen. Vind hij de fiets op dat punt prima? Dan kun je in kleine stappen iets dichterbij gaan. Zoek de grens en blijf daar onder, blijf in het gebied waar de hond zich bewust is van de fiets maar waar hij nog niet angstig is in plaats van op zijn grens of net over de zijn grens te gaan werken.


Het maakt echt het verschil.


Natuurlijk kan het voorkomen dat de enge zaken zoals ern fiets ‘ineens’ verschijnt. Geef de hond dan ruimte om weg te gaan en loop met hem mee.


Daarnaast zal ik in de gedragsbegeleiding ook altijd kijken naar andere factoren die kunnen meespelen.


Dat kan gaan over gezondheid van de hond en/of balans tussen inspanning en ontspanning, hoe vult zijn stress emmertje zich en hoe legen we dat weer. En nog veel meer.


En hoe staat zijn begeleider erin?



bottom of page